Dieren worden – jammer genoeg – regelmatig ingezet voor toeristische attracties en in veel gevallen lijkt dat voor de dieren helemaal niet zo erg. De dolfijn die in een dolfijnenshow zijn kunstjes vertoont oogt als een gelukkig dier en ook voor de tijgers waarmee je bijvoorbeeld in Thailand op de foto kunt wordt goed gezorgd. Voor de olifanten waar je een ritje op kunt maken geldt precies hetzelfde, de dieren zien er gezond en lijken niet echt te lijden onder het toerisme. Het echte dierenleed is natuurlijk niet zichtbaar, want deze dieren horen in het wild – hoe goed er ook voor gezorgd wordt. Vaak zijn het namelijk dieren die al vrij jong bij de moeder weggehaald zijn, om ze tam te maken zodat ze ingezet kunnen worden voor het toerisme. Wie begaan is met de natuur laat deze vorm van toerisme links liggen. Gelukkig is er ook een organisatie die zich hiervoor inzet.
Volgens de organisatie World Animal Protection zijn er op zijn minst 550.000 wilde dieren die gebruikt worden voor toeristische attracties en dat zijn er 550.000 te veel. Ze hebben ook een lijst gemaakt van attracties die wreed zijn voor de dieren, dit is de top 10.
Het doel van World Animal Protection is simpel: de 110 miljoen toeristen die jaarlijks deze attracties met wilde dieren bezoeken een halt toeroepen. Het is wreed voor de dieren en voor jezelf ook niet geheel ongevaarlijk: laatst nog is een Schotse toerist om het leven gekomen tijdens een rit op de rug van een olifant. Wilde dieren horen in het wild en niet in het toerisme.
Wat jij dus kunt doen is deze toeristische attracties links laten liggen. Wanneer er vanuit toeristen geen vraag meer naar is, hebben de organisatie die erachter zitten geen bestaansrecht meer en zullen dieren hier niet langer voor worden ingezet. Mijn advies: niet meer doen dus.
Marloes is oprichter en hoofdredacteur van Travelvalley. Ze schreef de succesvolle reisboeken Bucketlist Reizen, Bucketlist Stedentrips en Waanzinnige Roadtrips. Ze is gek op schrijven, reizen en hardlopen.
