Reizen is nog steeds jezelf verrijken. Niet alleen het oog wil wat, maar ook de geest. Vanuit dat idee schrijf ik al weer meer dan 15 jaar over reizen: van een concert in een vliegtuig tot ijsduiken in Tignes. Voor Travelvalley.nl is de vrijheid in het schrijven een genot, bijna net als het reizen zelf.
De kolkende wind slaat aanvankelijk dwarrelende
sneeuwvlokjes tegen de berghut. Alsof het is geregisseerd, vormen zich
pittoreske sneeuwlaagjes tegen de hoeken van de ramen. In de blokhut zelf, waar
het restaurant zich bevindt, knappert het haardvuur dat het een aard heeft.
Sfeer is het halve restaurant. De andere 50 procent is het eten. Zo ook in Le
Panoramic op ruim 3000 meter hoogte in Tignes, waar de man met een naam om
alleen maar chef-kok te worden, Jean-Michel Bouvier, de regie voert.
Tignes
In Chambéry, anderhalf uur verderop, leverde hij ooit
zijn Michelinster in om naar Tignes te vertrekken. Daar wilde hij weer ‘uround
du mountens’ zijn, zoals hijzelf zegt. Dat is het ware leven als je ouder
wordt: gewoon gaan naar waar je je pas echt gelukkig voelt. In het dorp Tignes
Val Claret, op 2000 meter hoogte, opende hij in hotel Les Suites du Nevada
restaurant La Table en Montagne. Zo omringde hij zich weer met de natuur van de
bergen. Deze omgeving werd ook de basis voor zijn menukaart: vers en lokaal,
dus etenswaar uit de bergen.
Bier en worst
Drie jaar geleden kreeg Bouvier de kans op de top van
Grande Motte in Tignes een nieuw restaurant te openen. En aangezien het
skipubliek culinair gezien ook hogerop klom, waagde hij de stap. Ook de
sporttoerist wil wel eens meer dan bier en worst. Tussen het skiën door moet er
kwalitatief getafeld kunnen worden, bijvoorbeeld met champagne, goede wijnen en
prachtig eten. Dat heeft Bouvier goed begrepen. Hij opende de berghut, waarin
hij ook een selfservice-restaurant maakte, een extra bar en een snack corner
voor de old-school skiërs. Zijn vrouw richtte met veel smaak het etablissement
in, alsof ze er ooit in heeft gewoond.
Kreeft
Het resultaat is overweldigend en aan de gasten – de
skipakken ten spijt – te zien meer dan tegemoetkomend aan de wensen anno 2014.
De wijnen vloeien rijkelijk, de gerechten liggen smaakvol op het bord en later
bijzonder goed in de mond; in ieder geval de in deeg met groente verpakte
kreeft en het gegrilde lam waar ik voor heb gekozen. Het is top on the top.
Stokbrood
De entourage van het etablissement is zoals iedere rijke
berghutbewoner zich zou wensen. Witte schapenvachten gedrapeerd over de stoelen
en banken veel details uit een ver verleden toen mensen het op 3.000 meter
hoogte nog echt koud hadden, houten plankjes met stokbrood en gedroogde worst
op iedere tafel en het bedienend personeel aangekleed met soms een bodywarmer
en vilten pet om de koude van buiten te suggereren. Hier wil je gulzig eten en
lang verblijven, al was het maar om het restaurantspel in stilte te aanschouwen.
Afdaling
Maar dan komt altijd weer die afdaling. Je vraagt je af
hoe ze het doen. Na zoveel culinaire geneugten wil je toch in alle rust even
uitbuiken. En warempel, ook daar is aan gedacht. In de loungebar, waar ook
finger food wordt geserveerd, kun je wegzakken in van die vette
openhaardsofa’s. Kans is groot dat je dan helemaal niet meer wegkomt. Maar dan
is er altijd nog de tube, de bergmetro, of noem het berggeit, die je in 7 minuten weer terugbrengt op ruim
2000 meter, Tignes Val Claret. Dan hoef je alleen nog maar even weemoedig om te
kijken naar de top van la Grande Motte, waar het even uitzonderlijk goed
vertoeven was.